geld
Apparence
:
Yângâ tî Afrikaans
[Sepe]Pandôo
[Sepe]geld \sêndagô ?\
Palî
[Sepe]geld \ɡɛld\
- (Wambenze) ôro korobô
Âkpalêtôngbi
[Sepe]- castrate (1)
Âpendâsombere
[Sepe]Pandôo
[Sepe]geld \sêndagô ?\ linô wâwa
- nginza
- gereed geld, baar geld, contant geld
- giraal geld
- vals geld
- vreemd geld
- vuil geld
- in geld waardeerbaar
- in geld of in natura
- met geld betalen
- geld opeenhopen, opsparen
- geld storten
- te gelde maken (verkopen)
- er geld bij inschieten
- geld in een zaak steken
- geld vrijmaken
- klein geld hebben
- zijn geld terugkrijgen