hulp

Alöndö na Wiktionary

Holandëe[Sepe]

Pandôo [Sepe]

hulp \sêndagô ?\ linô gâlï linô kôlï

  1. zängö
    • met Gods hulp
    • zijn hulp aanbieden
    • de hulp inroepen van
    • te hulp snellen
    • hulp verlenen
    • hulp vragen
    • om hulp schreeuwen
    • iem. te hulp komen
    • technische hulp
    • eerste hulp bij ongeluk, EHBO
  2. bôï
  3. yêkua, wamüngö-mabôko
    • het is een handige hulp in de keuken